Kaasjeskruid Muskus p/kg

Het Kaasjeskruid Muskus is een tot 1 meter hoge vaste plant. Insecten zijn dol op kaasjeskruid.

Voor de oorsprong van de naam Malva zijn ten minste twee verklaringen. De eerste verklaring stelt dat Malva is afgeleid van het Griekse woord Malassoo = verzachten. De tweede verklaring is dat de naam Malva is afgeleid van het Hebreeuwse woord Malluah = saladeachtige groente. De naam kaas is afgeleid van de vruchtvorm, die iets van een Goudse kaas wegheeft.
De plant heeft 3- tot 7-lobbige, handvormige bladen. De 25 - 40 mm grote roze bloemen hebben veel meeldraden, die tot een buisje samengegroeid zijn, en groeien met twee of meer bijeen in de bladoksels. De bloeiperiode loopt van mei tot september. De vijf roze kroonbladen zijn iets ingesneden en hebben donkere strepen.

Het verspreidingsgebied beslaat het grootste deel van Europa. De plant kan men aantreffen in warme bermen, langs wegranden, hagen en muren. De plant wordt ook in de siertuin gebruikt.

De plant bevat o.a. slijm, etherische olie, looistof, tanninen, flavonoïden en anthocyanen, met name in de bloemen. De plant heeft een lange geschiedenis als geneeskruid. De oude Latijnse naam Herbra Omniumorbium (kruid voor alle ziekten) wijst hier ook op. Thee van de bladeren kan gebruikt worden bij mondholte-, keelholte- en strottenhoofdontstekingen. Een afkooksel (twee handen met bloemen op 1 1iter water twee à drie minuten laten koken) kan gebruikt worden voor het baden van zweren en huidontstekingen. Raadpleeg ook altijd een arts! Als voedingsmiddel bevat de plant vitaminen A, C, B1, B2, en ß-caroteen. Het is derhalve ook lange tijd als groente in trek geweest.

Het Kaasjeskruid is drachtplant voor bijen en hommels. Het is waardplant voor de distelvlinder (Vanessa cardui) en het kaasjeskruiddikkopje.

Zaaispecificatie:
Hoogte: 1 meter
Zaaitijd: voorjaar
Zaaihoeveelheid: 10 kg/ha
Diersoorten: Bijen, insecten